Wist jij dat je lichaam een verrassend kasteel is met geheime gangen, diepe kelders, stoffige zolders en een echt laboratorium waar allerlei toverdrankjes worden gemaakt? Met machinekamers en wachtposten, vijanden en legers? Nee? Dan is ‘Over botjes, protjes en snotjes’ jou op het lijf geschreven! Dokter Mol neemt je mee op reis door het lichaam en vertelt op heldere, begrijpelijke wijze over de verschillende onderdelen van je lijf.
Botten, hersenen, ogen, oren, tong, hart, longen, nieren, lever, milt en darmen: alles wordt duidelijk uitgelegd in een heldere kindertaal. De leuke illustraties helpen daarbij om de uitleg te verduidelijken. Zo zie je op een geestige manier dat bijvoorbeeld in de nieren de bloedcellen worden geschrobd en gewassen: zuiveren van het bloed.
Dokter Mol vertelt ook waar het mis kan gaan, en waar je dan last van kan hebben: een gebroken bot, buisjes in je oren, kanker, koorts hebben, antibiotica. Het boek is daarom ook geschikt om zieke kinderen uit te leggen wat er aan de hand is.
De auteur en tevens ook illustrator, Thaïs Vanderheyden, komt uit België. Dat verklaart het woord ‘protjes’ dat ik als van oorsprong Friezin niet kende. Maar de illustraties maken al snel duidelijk wat protjes zijn, en daarom ga ik dat niet verklappen… Ook andere Vlaamse woorden als kaka, pipi en labo komen voor. Maar dat is niet heel storend, omdat ook hier de illustraties helpen.
De leuke illustraties maken het boek leuk om ook met kleinere kinderen vanaf 4 jaar samen te bekijken en door te lezen. Iets oudere kinderen zullen de teksten beter begrijpen. Mijn acht- en tienjarige waren allebei enthousiast. Ze vonden het razend interessant en hebben veel nieuwe dingen geleerd. Waarbij het vooral heel fijn is dat de jongste nu zelf heeft gelezen waarom hij zijn snotjes beter niet kan opeten :-).
Boekgegevens
Auteur en illustraties: Thaïs Vanderheyden
Uitgeverij: Borgerhoff en Lamberigts
Doelgroep: Vanaf 4 jaar tot zeker 10 jaar.